Een BV is geen oplossing voor wet DBA
Je eenmanszaak omzetten naar een BV is GEEN oplossing voor de nieuwe wet DBA!
Vanaf 1 januari 2025 gaat er gehandhaafd worden op de Wet DBA rondom schijnzelfstandigheid, dit gaat impact hebben op een hoop ondernemers en ZZP’ers in Nederland.
Een veelgehoorde ‘oplossing’ is: ‘Oh, maar dan maak je van je eenmanszaak toch gewoon een BV, dan omzeil je die hele Wet DBA!’
Dat is dus echt niet zo…. Een BV creëert zeker meer formele afstand tussen jou als ondernemer en je opdrachtgever(s), maar het is bij lange na niet het enige criterium waar de Belastingdienst naar kijkt.
Welke criteria zijn er dan wel? Je vindt ze hieronder!
Tegelijk zoomen we in op waarom het nou juist wel een verstandige keuze kan zijn om van eenmanszaak naar BV te gaan.
Introductie
De Belastingdienst gaat scherper toezien op schijnzelfstandigheid. Dit betekent dat ze actief zullen controleren of jouw werkzaamheden als zelfstandig ondernemer (ZZP’er) daadwerkelijk aan de criteria voor zelfstandigheid voldoen. Het is daarbij niet langer voldoende om alles op papier goed vast te leggen; de feitelijke situatie is doorslaggevend.
In deze blog leggen we uit welke factoren de Belastingdienst beoordeelt, waarom overstappen naar een BV vaak geen oplossing biedt, en wat je kunt doen om duidelijkheid te scheppen in jouw situatie.
De criteria waar de Belastingdienst op let
De Belastingdienst hanteert een aantal criteria om te bepalen of er sprake is van zelfstandigheid of schijnzelfstandigheid. Hieronder lichten we deze criteria toe:
1. Gezagsverhouding
Als je opdrachtgever bepaalt hoe en wanneer je je werk moet doen, is er sprake van een gezagsverhouding. Bijvoorbeeld:
- In het onderwijs bepaalt de school welke methodes en materialen je gebruikt en op welke tijden je werkt. Dit wijst op schijnzelfstandigheid.
- Een schilder die wordt ingehuurd door klanten en zelf kiest hoe en wanneer hij werkt, welke materialen hij gebruikt etc. toont juist wel zelfstandigheid.
Zelf bepalen hoe je je werk doet, zonder instructies van je opdrachtgever, is een belangrijke indicatie van zelfstandigheid.
2. Aard en duur van de werkzaamheden
Werk je langdurig voor dezelfde opdrachtgever en voer je dezelfde taken uit als werknemers in loondienst? Dan ligt schijnzelfstandigheid op de loer. Bijvoorbeeld:
- Een fotograaf die eenmalig een project uitvoert voor een organisatie, wordt gezien als ZZP’er.
- Werk je echter al twee of drie jaar bij dezelfde opdrachtgever en voer je hetzelfde werk uit als je collega’s in loondienst? Dan wordt jouw zelfstandigheid betwijfeld.
Langdurige opdrachten, vooral zonder afwisseling in opdrachtgevers, kunnen problematisch zijn.
3. Zelf bepalen van werktijden en werkwijze
Als ZZP’er moet je grotendeels zelf kunnen bepalen hoe je werkt en wanneer je werkt. Natuurlijk kunnen er afspraken zijn over deadlines of aanwezigheid bij een opdracht, maar als je opdrachtgever jouw werkdag structureert, wordt dit gezien als een teken van gezagsverhouding. Vrijheid in je werkwijze en werktijden is een belangrijke factor.
4. Inbedding in de organisatie
Als je als ZZP’er voor langere tijd werkt binnen een organisatie en hetzelfde werk doet als de werknemers in loondienst, is er sprake van inbedding. Bijvoorbeeld:
- Een IT-specialist die voor meerdere opdrachtgevers projecten uitvoert, is duidelijk zelfstandig.
- Werk je echter als verpleegkundige voor één zorginstelling, zonder duidelijk onderscheid in taken of beloning ten opzichte van werknemers, dan lijkt dit op schijnzelfstandigheid.
Een ZZP’er moet zichtbaar een buitenstaander zijn binnen de organisatie.
5. Persoonlijke uitvoering van werk
Als je als ZZP’er verplicht bent om het werk zelf uit te voeren, kan dit een probleem zijn. In principe moet je de vrijheid hebben om bijvoorbeeld een vervanger in te schakelen, bijvoorbeeld bij ziekte. In de praktijk ligt dit vaak gevoelig bij opdrachtgevers, maar het gaat om de feitelijke vrijheid die je hebt.
6. Contractuele verhouding
Zijn jouw contracten onderhandelbaar? Als jouw tarief of werkomstandigheden volledig worden voorgeschreven door de opdrachtgever, is er sprake van schijnzelfstandigheid. Kun je echter zelfstandig onderhandelen over je tarief en voorwaarden, dan sta je sterker als ZZP’er.
7. Hoe wordt je beloning bepaald?
ZZP’ers moeten zelf hun beloning kunnen bepalen, bijvoorbeeld door uurtarieven of projectprijzen te onderhandelen. Als jouw opdrachtgever dit volledig voorschrijft, zoals vaak het geval is in de zorg of het onderwijs, kan dit wijzen op schijnzelfstandigheid.
8. Loop je commercieel risico?
ZZP’ers dragen hun eigen risico. Dit betekent:
- Geen doorbetaling bij ziekte of vakantie.
- Geen garantie op werk.
- Geen compensatie voor fouten of slecht werk.
Als jij deze risico’s niet loopt, maar wel dezelfde voordelen hebt als een werknemer, kan dit een probleem zijn.
9. Gedraag je je als ondernemer?
Een echte ondernemer toont zelfstandigheid door:
- Meerdere opdrachtgevers te hebben.
- Zelf acquisitie en marketing te doen.
- Eigen risico’s te dragen, zoals bij annuleringen.
Neem je deel aan alle personeelsborrels, krijg je reiskostenvergoeding en ben je financieel afhankelijk van één opdrachtgever? Dan val je eerder in de categorie schijnzelfstandige.
Waarom handhaving en waarom nu?
De Belastingdienst heeft aangegeven dat ze meer gaan handhaven omdat schijnzelfstandigheid leidt tot oneerlijke concurrentie en gemiste belastinginkomsten. Hoewel de wetgeving rondom ZZP-schap en schijnzelfstandigheid complex en soms vaag is, ligt de nadruk op de praktijk: wat er op papier staat, weegt minder zwaar dan hoe je daadwerkelijk werkt.
Waarom overstappen naar een BV geen oplossing is
Veel ZZP’ers denken dat overstappen naar een BV hen beschermt tegen controles, maar dit is niet altijd waar. De Belastingdienst kijkt naar de feitelijke situatie, ongeacht de rechtsvorm. Ook als eigenaar van een BV kun je in de categorie schijnzelfstandige vallen als je niet voldoet aan de zelfstandigheidscriteria.
Wat kun je doen om risico’s te vermijden?
- Werk met duidelijke contracten: Zorg dat je afspraken over zelfstandigheid op papier hebt staan.
- Toon ondernemerschap: Bouw een portfolio met meerdere opdrachtgevers en zorg voor een professionele uitstraling (website, marketing).
- Blijf kritisch op je opdrachten: Langdurige opdrachten of volledige afhankelijkheid van één opdrachtgever verhogen het risico op schijnzelfstandigheid.
- Wees voorbereid op controles: Zorg dat je praktijk overeenkomt met wat je op papier hebt afgesproken.
Conclusie
Als je die punten zo op een rij zet, blijft het een discutabel verhaal in de praktijk. Maar op papier dus echt een heel duidelijk verhaal… Voldoe je bij 3-5 punten bijvoorbeeld aan schijnzelfstandigheid, dan loop je dus risico.
Het switchen van eenmanszaak naar BV heeft hier dus echt helemaal niks mee te maken. We hebben wel twee andere leuke artikelen voor je waarin we de switch van eenmanszaak naar BV fiscaal toelichten, en ook alle voordelen van een BV op een rijtje zetten.
Veel leesplezier!